8 aug En alweer een mooie dag. Droog en zon ong 8 graden. We rijden door een heel bijzonder landschap, veel scherpe rotsen, maar ook geglooide bergen. Hier wordt bewezen dat er echt meer dan 50 tinten grijs zijn ;-) Dan ineens is er weer een rood stuk of beige/geel. Begroeiing is er nauwelijks, alleen heel kleine bloemetjes in pollen van 1 tot 10 vierk cm. Lavazand en rotsen, en dan ineens een soort duingras. We lunchen net over een brug waar een soort parkeerhaven is. Hier mogen we dus de weg af, bij veel gelegenheden krijgen we het verzoek vooral niet van de wegen af te gaan en als het toch nodig is bij passeren met niet meer dan 2 wielen af te wijken. Hier hebben wij ook echt geen behoefte aan, de wegen zijn voor ons gevoel off-road genoeg. Eerst gaan we naar de gletsjer en de ingestorte icecave. Met de laatste uitbarsting is deze niet meer toegankelijk maar het blijft imposant om te zien. Daarna richting Askja, waar het diepste meer van IJsland ligt, ontstaan na een vulkaanuitbarsting. Dit water is koud. Ernaast ligt een warm water wat melk geelgroen gekleurd is en zwavelig is. Het zou 2.4 km lopen zijn, het voelt toch echt meer. Het is voor ons een pittig stuk om te lopen, door de sneeuw de bult omhoog. We ploegen door, je komt wel eens in een boek tegen dat iemand de sneeuwstorm door moet in een sneeuwlandschap… nou hier voelde je dat en de zon scheen ook nog. Het is de moeite waard, de kleuren en het uitzicht zijn prachtig. We maken natuurlijk foto’s en oh wat jammer, die laten niet zien wat we gezien hebben. Dit moet je gewoon ervaren.
Bij de camping merk ik dat we het trapje hebben laten staan, dus weer 20 min heen en terug scheuren om hem op te halen. Als we aankomen staat daar heel geduldig het trapje te wachten. Eten is makkelijk, opgewarmde prak maar zeker smaakvol. ’s Avonds om een uur of 8 horen we van andere Nederlanders dat de waterval op 10 min in de kloof ligt dus samen met Bram en Cecile doen we dat nog maar. Het is zeker leuk en ach goed voor de spijsvertering zullen we maar zeggen.
Bij de camping merk ik dat we het trapje hebben laten staan, dus weer 20 min heen en terug scheuren om hem op te halen. Als we aankomen staat daar heel geduldig het trapje te wachten. Eten is makkelijk, opgewarmde prak maar zeker smaakvol. ’s Avonds om een uur of 8 horen we van andere Nederlanders dat de waterval op 10 min in de kloof ligt dus samen met Bram en Cecile doen we dat nog maar. Het is zeker leuk en ach goed voor de spijsvertering zullen we maar zeggen.